De zomer van Tarkovsky
De zomer van Tarkovsky
Naar aanleiding van de gerestaureerde heruitgave van De spiegel presenteert Cinema ZED De zomer van Tarkovsky, met in juli Andrey Rublev, Solaris en
De spiegel. In augustus volgen dan nog Stalker en Ivan’s Childhood. Allemaal in gerestaureerde, digitaal geremasterde uitgave zoals dat dan heet!
Elke film wordt kort virtueel ingeleid met beelden en fragmenten door Pascal Vandelanoitte, hoofd audiovisuele kunsten, Luca School of Arts Brussels en docent filmgeschiedenis, documentaire en historische film die bovendien doctoreerde aan KU Leuven met een proefschrift over Tarkovsky.
De films van Andrei Tarkovsky (1932-1986) blijven fascineren. Tarkovsky maakte tussen 1962 en 1986 zeven speelfilms, de eerste vijf in de Sovjet-Unie, de laatste twee in West-Europa. Voor zijn eerste film, Ivan’s Childhood, kreeg hij de Gouden Leeuw in Venetië in 1962. Tarkovsky werd onmiddellijk op handen gedragen in het Westen. Ondanks moeilijkheden om in de Sovjet-Unie zijn projecten te realiseren, slaagde hij er in een heel persoonlijk œuvre te creëren. Zijn films vielen meermaals in de prijzen en werden verdeeld in zowel de Sovjet-Unie als het Westen.
Ook vandaag blijven ze hun aantrekkingskracht behouden. Tarkovsky benaderde film zowel visueel als narratief als een dichter. Zijn films zijn nooit rechtlijnig maar bouwen veel op associaties, visuele linken, gedachtesprongen. Langzame camerabewegingen, visuele motieven en poëtische beelden, sprongen tussen heden, herinneringen en dromen, geluid dat op iets anders wijst. Het zijn bedachtzame films die de kijker meenemen op een reis buiten de concrete ruimte en tijd.
In alle films staat een persoonlijke zoektocht centraal die het individuele overstijgt: een zoektocht naar evenwicht tussen natuur en cultuur, een gevecht tussen innerlijke en uiterlijke leefwereld, tussen het verleden loslaten en de toekomst induiken. In De spiegel (1975) beweegt het hoofdpersonage tussen verleden en heden, tussen jeugd en ouderdom, tussen moeder en vrouw. In Solaris (1972) tussen een wereld vol technologie en een innerlijke wereld van herinnering en verlangen. In Andrey Rublev (1966) tussen heidendom en christendom, tussen Tartaarse onderdrukking en vroege Russische eenmaking. Gedesoriënteerd zoeken de personages een spiritueel houvast, wat expliciet centraal staat in Stalker (1979). Kort gezegd zijn ze allen op zoek naar harmonie, en mede door de ademruimte in zijn films, is het als kijker een bijzondere en waardevolle ervaring om mee op tocht te gaan, niet in het minst op het grote scherm! (PV)