Oktober 1944, Auschwitz-Birkenau. Saul Ausländer is lid van het Sonderkommando, een geïsoleerde groep Joden die verplicht wordt de nazi's te assisteren bij hun uitroeiingspraktijken: ze moeten de joodse gevangenen naar de gaskamer leiden en daarna hun lijken in het crematorium verbranden. Tijdens dit afschuwelijke karwei ziet Saul het lijk van een jongen die hem aan zijn eigen zoontje doet denken. Met risico voor zijn eigen leven probeert hij het lichaam van verbranding te redden en hem een echte, waardige begrafenis te geven.
★★★★★ "Een dreun van een Holocaustdrama" - Knack
★★★★★ "Een perfect uitgevoerde, maar vooral noodzakelijke film" - De Standaard
★★★★★ "Een van de meest confronterende films ooit" - De Morgen
"Hoe hard deze film ook is, je moet hem gezien hebben." - FilmFest Gent
"a masterful exercise in narrative deprivation and sensory overload that recasts familiar horrors in daringly existential terms." (Variety)
Het debuut van de Hongaarse cineast László Nemes is een mokerslag in het gezicht. De camera volgt Saul benauwend dicht op de huid, waardoor we de hel doorheen zijn ogen ervaren. Om te overleven moet hij wel zijn blik afwenden in een poging niet te lang stil te staan bij wat rond hem gebeurt. Het maakt de onverfilmbare ondraaglijkheid van de concentratiekampen haast tastbaar. Een meesterwerk dat je nooit meer vergeet en in Cannes bekroond werd met de Grote Juryprijs én met de Prijs van Internationale Filmcritici.