Taeko en haar man Jiro leiden een rustig leven met Taiko’s jonge zoon uit een vorige relatie. Het leven kabbelt voort, al kunnen Jiro’s ouders moeilijk accepteren dat hun zoon gekozen heeft voor een gescheiden moeder. Wanneer zoontje Keito door een tragisch ongeluk om het leven komt, wordt de familie helemaal door elkaar geschud, zeker wanneer Keito’s biologische papa, een dove en ondertussen dakloze man, terug opduikt in hun leven.
"Er sluimert van alles onder het zonnige oppervlak van het Japanse ‘Love Life’" ★★★★ - De Volkskrant
"Een subtiele Japanse film over een gebroken gezin" ★★★ - De Standaard
Regisseur Koji Fukada (Harmonium, A Girl Missing) wordt soms omschreven als de opvolger van Japanse grootmeester Yasujiro Ozu, maar voorlopig vindt hij dat zelf te veel eer. Toch erkent hij dat zijn films, net als bij Ozu, op een ingetogen manier een inkijk geven in de gelaagde dynamiek bij families die worstelen met verlies, isolatie en gebrekkige communicatie. Via de gebarentaal - die moeder en biologische vader delen, maar pluspapa Jiro niet - weet Fukada op originele manier de afstand tussen mensen uit te beelden. De afstand die ontstaat wanneer je elkaars taal niet spreekt, maar ook de emotionele afstand die ontstaat wanneer mensen elkaar niet meer in de ogen kijken. In Japan kijken mensen elkaar nauwelijks nog aan, aldus Fukada. Door gebarentaal te spreken, wordt het hoofdpersonage - voor het eerst sinds lang - gedwongen iemand recht in de ogen te kijken. En zo, letterlijk en figuurlijk, terug te zien en gezien worden.