ZED sprak met regisseur Robin Pront over 'Zillion'
Ben je zelf nog ooit uit geweest in de Zillion of was dat van voor je tijd?
Ik ben er zelf nooit uitgeweest, nee. Maar ik was van jongs af aan al ‘nieuwsverslaafd’, dus ik heb die zaak toen wel actief meegevolgd en het is me terwijl ik opgroeide altijd heel hard blijven fascineren. Misschien is het ook een goede zaak dat ik er zelf nooit geweest ben, want zo heb ik de mythe in mijn hoofd enorm groot kunnen maken en dat vertaalt zich natuurlijk in deze film. Ik ben er wel ooit geweest toen het al dicht was en dat voelde alsof ik door de opening van de Titanic door de ruïnes wandelde. Dat heeft voor mij ergens wel meegespeeld in het op een voetstuk zetten van die discotheek.
Is het dat mystificeren, het ‘larger than life’ maken wat je heeft aangetrokken tot het onderwerp?
Het is een beetje een combinatie van de twee. Het is een verhaal over iemand die een grenzeloze ambitie had, die er alles voor over had en zichzelf vanuit de computerwereld heeft opgewerkt in zo’n testosterongeladen wereld. Dat op zichzelf is al bijzonder boeiend. En dan heb je het deel van zijn persona dat wat doet denken aan The Wolf of Wall Street, wat heel ‘on-Vlaams’ is, want van zodra je hier openlijk ambitie toont, wordt daar al snel op neergekeken. Die tegenstrijdigheid vond ik heel tof. Aan de ene kant is het heel atypisch en tegelijkertijd is het super Vlaams, want het gaat over de cultuur en muziek van in die tijd, figuren zoals Dennis Black Magic… Dat heel lokale tegenover dat internationale karakter, is altijd wel iets waar ik naar op zoek ga in mijn verhalen.
Voor jou is er ook een link met Kortfilmfestival Leuven, waar je met je debuut in één klap de Publieksprijs en de Juryprijs won. Hoe kijk je daar op terug?
Dat is voor mij een zeer belangrijk moment geweest in mijn leven. Toen ik op Kortfilmfestival Leuven won, was dat de eerste keer dat ik ergens bevestigd werd in mijn kunnen op vlak van filmmaken. Voor mij was dat een teken dat ik goed bezig was en dat de richting die ik gekozen had wel eens de juiste kon zijn.
Zoals bij vele andere producties zijn de opnames een hele tijd stilgelegd door de pandemie. Hoe lastig was het om als je in dat draaiproces zit om telkens opnieuw te moeten beginnen?
Het was vooral moeilijk voor de acteurs omdat die zichzelf heel goed hadden voorbereid met diëten en echt een spartaanse levensstijl om in hun rol te geraken. Voor mij is zo’n draaiperiode sowieso al extreem stresserend, dus toen die ballon eventjes slap wordt gelaten, vond ik dat eerst wel ergens relaxed. Ik dacht in het begin dat het hoogstens een maand zou duren en dat leek mijn nog redelijk welgekomen, maar toen ik doorhad dat het er niet meteen in ging zitten om terug te beginnen, was dat wel een knop die ik moest omdraaien. Ik ben er de voorbije jaren wel goed in geworden om dat soort tegenslagen niet per se te zien als iets negatiefs, maar gewoon als een andere weg die je dan inslaat.
Je haalde het net al aan, het moet voor je acteurs een hele uitdaging geweest zijn om die bestaande figuren te belichamen. Hoe begeleid je zo'n proces van transformaties?
Het unieke aan Zillion is inderdaad dat we de kans hadden om met de hoofdpersonages te gaan praten. Als schrijver of als acteur is dat een vrij aparte, maar een heel dankbare situatie, dus dat was een heel fijn proces. Maar voor het acteerwerk wil ik niet te veel credits opeisen. Ik heb de rollen wel geschreven, maar zij hebben daar het harde werk verricht. Het zijn stuk voor stuk prestaties waar ze heel trots op kunnen zijn.
Nog een vraag om af te sluiten, staat er al een volgende film op de planken?
Ik moet diplomatisch antwoorden, want ik kan er nog niet veel over zeggen omdat het nog in zijn kinderschoenen staat, maar ik kom zeer zeker binnenkort terug. Ik kan niks anders dan filmmaken, dus ik ben een beetje veroordeeld om dat de rest van mijn leven te blijven doen. (lacht) Maar ik doe het gelukkig wel heel erg graag.