Acteur Tim Roth over Sundown
“Iedereen die deze film ziet, heeft er een andere mening over.”
Tim Roth (61) is wat je noemt een ‘echte speler’. Hij geniet van zijn job, en het maakt hem niet uit waar de aanbiedingen vandaan komen. Vandaar dat hij zowel opduikt in pure popcorn (recent nog de Marvel-serie She-Hulk) als kleinschalige drama’s. Sundown hoort resoluut thuis in de tweede categorie, het fascinerende verhaal van een rijke man die met zijn gezin op vakantie is in Acapulco en plots beslist om te kappen met zijn geprivilegieerde leventje.
Neil Bennett, je personage in Sundown, moet zowat de meest raadselachtige figuur zijn die je ooit hebt gespeeld. Hoe zie jij hem?
Tim Roth: (grijnst) Ik had het er onlangs nog over met Michel (Franco, de regisseur van de film, nvdr.) Iedereen die Sundown ziet, heeft een andere mening over dat personage en over wat er precies aan de hand is in de film. Sommige mensen zien de film als een komedie, anderen als een triest drama. Sommigen zien Neil als een psychopaat of een monster, anderen zien hem als een soort engel. Het is echt opmerkelijk. Om Neil te spelen, moest ik voor mezelf een duidelijke interpretatie uittekenen. Ik heb mijn eigen uitleg waarom hij doet wat hij doet. Maar het is niet aan mij om die aan anderen op te leggen.
Je kunt toch niet ontkennen dat hij zelfzuchtig is? Hij weet dat hij met zijn gedrag mensen die hem graag zien pijn zal doen, en toch doet hij verder alsof er niets aan de hand is.
Hij weet iets wat de anderen niet weten. Het grootste deel van zijn leven is hij deel geweest van een familie die rijk geworden is met een monsterachtige business, en daar stapt hij uit. Hij wil voor één keer een leven leiden dat hij zelf gekozen heeft. Of de gevolgen goed of slecht zijn, maakt niets uit. Dat heeft hij toch niet onder controle. Hij neemt zijn beslissing en hij volgt zijn gekozen pad. In wezen is Neil een open boek.
In hoeverre moeten we Sundown ook zien als een sociale commentaar op de kloof tussen rijk en arm?
Dat zit er zeker in, en we hebben het er ook uitgebreid over gehad. Dit is een zeer persoonlijke film voor Michel. Als kind ging hij vaak op vakantie in Acapulco, en met dit verhaal wou hij er terugkeren. Sundown is een statement voor hem, ook over de sociale kloof in Mexico zelf. Ik voelde er elke dag hoe bevoorrecht ik ben als Europeaan. Het chique hotel waar we draaiden had privézwembaden en sauna’s en stranden, alles wat je maar wil. Maar zodra ik buiten de poort stapte, stond ik in een drastisch andere wereld. Het was schokkend om mee te maken. Daar heb ik zeker ook uit geput voor mijn vertolking.
Dit is je tweede film met Michel Franco na Chronic in 2015. Hoe hebben jullie elkaar leren kennen?
In 2012 was ik op het festival van Cannes juryvoorzitter voor de sectie Un Certain Regard, en Michel nam deel met Después de Lucía (over een meisje dat gepest wordt met een seksvideo, nvdr.). Ik was diep onder de indruk van zijn film, die we trouwens ook de hoofdprijs gegeven hebben. Wat ik graag doe als ik in Cannes ben is ‘Club Tim’ organiseren. Het komt erop neer dat we aan het eind van de avond het restaurant in een bepaald hotel laten afsluiten zodat ik er met mijn familie en vrienden kan gaan chillen. En daar kunnen we dan ook rustig praten met filmmakers, zonder de pers in de buurt. Dat kun je uiteraard niet maken als je in een jury zetelt, dus in 2012 heb ik Michel pas na de prijsuitreiking gesproken. En ik heb hem vlakaf gezegd dat ik met hem wou samenwerken.
Klikte het meteen?
Ik moet toegeven dat ik nerveus was om hem te ontmoeten. Ik had voordien al aan de mensen van Cannes gevraagd om een diner te organiseren voor alle regisseurs. Dat was zogezegd zodat die cineasten elkaar konden ontmoeten, maar eigenlijk was het vooral omdat Michels film me de stuipen op het lijf had gejaagd. Dus ik wilde hem eerst eens observeren om te zien of hij wel menselijk was. Ik zat in mijn hoekje te eten en intussen hield ik hem in het oog. En hij heeft die test doorstaan. (lacht)
Precies 40 jaar geleden heb je je debuut gemaakt met Made in Britain van Alan Clarke. Hoe zie je je evolutie als acteur?
Ik heb nooit een acteeropleiding gehad. Ik ben het gewoon beginnen te doen, dat waren heel uiteenlopende dingen. Made in Britain stond van begin tot eind op papier, met alle dialogen erbij. Daarna ging het naar Meantime van Mike Leigh, wat volledig geïmproviseerd was. En daarna volgde The Hit van Stephen Frears, die weer een heel andere methode heeft. Drie compleet verschillende films. Het deed me inzien dat er meerdere manieren zijn om films te maken, en dat ik als acteur dus ook veel speelruimte heb. Ik kan mijn aanpak laten afhangen van wat het personage nodig heeft. Soms moet je er extreem veel voorbereiding in stoppen, soms moet je juist niets doen en gewoon in het moment leven. Sundown is een voorbeeld van dat laatste. Ik moest vooral oppassen dat ik mijn hoofd niet volstouwde met details die niet relevant waren voor de puurheid van wat mijn personage beleeft. (RN)